Om de kwaliteit van Samen Opleiden en Professionaliseren op opleidingsscholen in beeld te brengen, te monitoren en te borgen, nemen (bovenschools) schoolopleiders binnen ons Opleidingsnetwerk 1x per 3 jaar het ZEK af.
Hiervoor bekijken (bovenschools) schoolopleiders:
- allereerst het ZEKgebruik-instructiefilmpje
- vervolgens alle informatie over het gebruik van de ZEKposters en het ZEKonline op www.zekonline.nl
- en ten slotte voor meer achtergrondinformatie desgewenst de ZEK Publicatie en ZEK onderzoeksresultaten
Na afname van de ZEKposters in een teambijeenkomst, kunnen (bovenschools) schoolopleiders met de verkregen input het ZEKonline i.s.m. hun directie gaan invullen. De opleidingsschool ontvangt hiervoor een mail met inloggegevens.
Door gegevens uit ZEKonline te exporteren, kunnen we op school-, bestuurs- en partnerschapniveau overzichten genereren. Met behulp van deze overzichten kunnen besturen en scholen nog meer van en met elkaar leren.
De kracht van het ZEK ligt in de volgende kenmerken:
- Wetenschappelijk onderbouwd* en praktijkgericht: Het ZEK is sinds 2010 ontwikkeld en wordt voortdurend in samenwerking met het werkveld doorontwikkeld.
- Praktische tools: Het instrument biedt handige downloadbare posters en een toelichting om het teamgesprek over Samen opleiden & Professionaliseren te ondersteunen.
- Aansluiting op landelijke kaders: De zeven ZEK-componenten sluiten aan op de vier waarborgen van het Landelijk Kwaliteitskader (LKK).
- Gebruiksvriendelijke rapportages: Na het invullen van ZEKonline kan een school eenvoudig een schoolgebonden rapportage en ontwikkelplan in pdf-vorm downloaden. Directies en teams kunnen hiermee aan ontwikkelpunten van de organisatie werken.
- Meerdere niveaus: Het ZEK maakt het mogelijk om informatie op school-, bestuurs- en partnerschapsniveau te genereren.
* Geldens, J. (2007). Leren onderwijzen in een werkplekleeromgeving. Een meervoudige casestudy naar kenmerken van krachtige werkplekleeromgevingen voor aanstaande leraren basisonderwijs (proefschrift Radbouduniversiteit Nijmegen). Kempellectoraat, Hogeschool de Kempel.